Het was een week voor kerstmis. In een van de sloppenwijken van Dar es Salaam vertelde een moeder aan haar dochter Bahati over kerstmis. Ze nam een kerstkaart waar een kerstafbeelding opstond. Het was een afbeelding van een Europese kerststal. Ze liet Bahati de kaart zien waar Maria en het kindje Jezus goed te zien waren. ‘Kijk Bahati, dit is Maria, Jozef en hun pasgeboren kindje Jezus’ zei de moeder ‘en er zijn herders en beesten bij de voerbak.’ Bahati keek naar de kaart en knikte blij.
Haar moeder ging verder ‘Als je tot Maria bidt, de moeder van Jezus, zal ze je altijd helpen.’ Plotseling fronst Bahati haar voorhoofd en met een droevige stem zei ze ‘Maar ik denk niet dat deze blanke Maria mijn swahili gebed zal begrijpen.’
Bahati’s moeder wist even niet wat ze hierop moest antwoorden, toen stond ze op. Ze liep naar de kast en pakte een andere kerstkaart en zei ‘Misschien vind je deze kaart beter?’ Het was een schildering van een bekende Afrikaanse kunstenaar die de geboorte van Jezus had afgeschilderd in een Afrikaanse setting. De Afrikaanse Maria zat er stilletjes naast en ontving van haar buren giften zoals maïsmeel, melk en brandhout. Jozef stond een beetje opzij. Op de achtergrond liepen een giraf en olifant. Bahati’s moeder keek hoe Bahati de kaart aandachtig bestudeerde. Plotseling begon haar gezicht te stralen en ze glimlachte terwijl ze riep ‘O ja, ik weet zeker dat deze Tanzaniaanse Maria mijn swahili gebed verstaat!’
